Dit artikel is geschreven door een kameraad die aanwezig was bij de Schilderswijkopstand. De opinies zijn niet per se die van Revolutionaire Eenheid.
Na de moord op Mitch Henriquez in de zomer van 2015 brak er een kleine opstand uit in de Schilderswijk tegen politiegeweld en armoede. Tijdens deze opstand zijn er strategieën gehanteerd die we als avonturisme kunnen bestempelen. Dit avonturisme is een destructief en ondoordachte praktijk die ons onnodige tegenslagen zal bezorgen. Het volgende stuk is geschreven als een kritiek op de avonturistische strategie tijdens de Schilderswijk-opstand, en is niet bedoeld als een moreel oordeel. Het avonturisme uit voorgaande situaties zal in de toekomst weer de kop opsteken. Om dit te vermijden is een goed inschattingsvermogen cruciaal. Deze tekst hoopt hieraan bij te dragen en staat tegelijkertijd altijd open voor toekomstige bijdrages en verbitterde ervaringen.
Alles heeft een historische context. Het oude avonturisme draagt niet altijd hetzelfde jasje als het nieuwe avonturisme. Dat wil dus zeggen dat de opgesomde lessen van de ene praktijk niet automatisch te gebruiken zijn voor een andere praktijk. De algemene lessen die we kunnen trekken uit een specifieke gebeurtenis, zoals de Schilderswijk-opstand, zullen verschillen van toekomstige situaties[1].
Maar wat is het avonturisme precies? Het avonturisme is een onnodige vergroting van de kloof tussen revolutionairen en het volk, doordat subjectieve wensen de plaats innemen van een objectieve inschatting van de machtsverhoudingen en de etappe van ontwikkeling tussen de strijdende klassen. Avontuurlijk en als een echte Don Quichote dromen sommige revolutionairen over bepaalde doeleinden en lopen zij daardoor te ver voor op de werkelijk te realiseren doeleinden en belangen van de massa’s. Hun politiek is daarbij onttrokken van de bodem en de situatie, maar niet versmolten met de onmiddellijke belangen van het volk. Hierbij wordt het verschil (en de eenheid) uit het oog verloren tussen de onmiddellijke behoeften van de arbeidersklasse (reiskostenvergoeding, vast contract enz.) en de lange termijn doelen voor revolutie. Als wij te ver op het volk voorop lopen, dan zullen we nooit de bodem van de harten van het volk kunnen raken en gedoemd zijn om aan de oppervlakte te blijven zweven, hoe diepgaand we onze ideeën ook mogen beschouwen. Simpel gezegd, onze gehaaste en subjectieve wensen komen niet overeen met de objectieve ontwikkeling. Kameraad Mao verwoord dezelfde boodschap veel beknopter wanneer hij ultralinkse politiek bekritiseerd:
‘We are also opposed to ‘Left’ phrase-mongering. The thinking of “Leftists” outstrips a given stage of development of the objective process; some regard their fantasies as truth, while others strain to realize in the present an ideal which can only be realized in the future. They alienate themselves from the current practice of the majority of the people and from the realities of the day, and show themselves adventurist in their actions.’[2]
Dit gedrag is typerend voor de kleinburgerij die ongeduldig op alles vooruit loopt. De kleinburger heeft moeite om een consistente en langdurige proletarische strijd te voeren. De kleinburger die het bijvoorbeeld niet op kan nemen tegen de monopolist en in economische ruïne terecht is gekomen, zijn/haar zaak heeft verloren of als hoogopgeleide gewelddadig het proletariaat in wordt geslingerd, gaat meestal over naar extreem revolutionaire (of nationalistische) uitspattingen, en vertoont ook altijd gebreken om collectief, systematisch en gedisciplineerd werk uit te voeren. Deze anarchistische kenmerken van de kleinburger die door een doorgeslagen woede van zijn of haar onderdrukking een gebrek heeft aan consistentie, eindigt meestal in apathie, isolatie en onderwerping. Avonturisme staat hierbij antagonistisch tegenover gedisciplineerd en stap voor stap revolutionair werk of beter gezegd, ontpopt zich juist vanwege een gebrek aan consistent en opbouwend revolutionair werk.
(Tekst gaat verder onder de foto)
De moord op Martin Luther King jr. en de Black Panther Party
Laten we de Black Panther Party, de dood van Martin Luther King Jr. en de Schilderswijk-opstand als voorbeeld nemen. Op 4 april, 1968 werd Martin Luther King doodgeschoten in de Lorraine Motel, Memphis, Tennesee. Deze daad van agressie op de leider van de burgerrechtenbeweging lokte in bijna alle grote steden van de VS rellen uit onder de bevolking en veroorzaakte daaropvolgend hardere repressie vanuit de staat. Dit zijn de wetten van de klassenstrijd die zich lieten gelden. De enige stad waarin er geen (of nauwelijks) rellen uitbraken[3], was in Oakland waar de Black Panther Party erg actief was. De BPP had de zwarte jeugd en werkers ervan weten te overtuigen om niet over te gaan tot spontane rellen en vernielingen en had daarmee hun gemeenschap veilig gehouden van onnodige arrestaties en repressie.
Voor de radicale kleinburger en anarchist was deze ‘contrarevolutionaire’ praktijk van de BBP waarin ze hun eigen gemeenschap, oftewel hun eigen krachten, veilig hebben behouden misschien niet ‘radicaal’ genoeg. Maar in plaats van de beweging te laten fragmenteren vanwege de éénmalige spontante strijd van vandaag, is de BBP daarentegen doorgegaan met het systematisch organiseren van potentiële leden voor de beslissende strijd van morgen. Ze raakten de keten van de gehele beweging niet uit het oog. Kameraad Lenin drukt het voorgaande bijzonder mooi uit:
‘It is not enough to be a revolutionary and an advocate of socialism in general. It is necessary to know at every moment how to find the particular link in the chain which must be grasped with all one’s strength in order to keep the whole chain in place and prepare to move on resolutely to the next link.’
Hierbij is de strijd van vandaag, bijvoorbeeld om de dood van Martin Luther King, een deel van de keten voor de strijd van morgen, bijvoorbeeld tegen het racistische politiegeweld. De wijze waarop de strijd wordt gevoerd, zal daarbij strategisch moeten zijn waarbij we ‘de keten in plaats’ moeten houden en niet laten breken. Zouden de BBP in die omstandigheden mee hebben gedaan aan de rellen onder de bevolking, dan zouden grote delen van hun partij gefragmenteerd zijn geraakt, om maar niet te spreken van de prijs die de bevolking zou hebben betaald[4].
Schilderswijk
In de zomer van 2015 werd er een demonstratie georganiseerd in de Haagse Schilderswijk tegen politiegeweld en racisme na de moord op Mitch Henriquez. Er was een enorme drang en dapperheid aanwezig van het volk om zichzelf te keren tegen hun onderdrukking en exploitatie. Maar tijdens de demonstratie namen subjectieve wensen van de buurtbewoners en activisten het over van een objectieve inschatting van de machtsverhoudingen van de strijdende klassen. Het volk, onbewapend, ongeorganiseerd, onervaren en in kleine aantallen enerzijds, die het op wilden nemen tegen de door de wetten beschermde, getrainde, bewapende en nationaal georganiseerde politie anderzijds. Het volk wenste onder deze verhoudingen het politiebureau te bestormen en faalde daarbij. De megafoon kwam tijdens de demonstratie in handen van een of andere willekeurige idioot met de oproep om het politiebureau binnen te vallen voor een onmiddellijke verklaring voor de dood van Mitch. Zonder gezichtsbedekking en organisatie gaf men daaraan gehoor en ging in de aanval op het politiebureau, waarop de politie reageerde met geweld en daarmee de onderbuikgevoelens voor wraak onder de bevolking verder aanwakkerde. Hierdoor ging de bevolking over op ‘rellen’ in een maatschappij die bomvol zit met de camerabewaking. Ongeacht het feit dat deze strijd een specifieke link was van de gehele keten in de strijd tegen racistisch politiegeweld, werd de strijd op de dag zelf beschouwd als het begin van het einde. Deze strijd, oftewel, dit avontuur eindigde in anarchie en de complete verwaarlozing van de politieke boodschap. Uit zelfverdediging werden er bakstenen gegooid op de politie, maar daarnaast ook op winkelruiten en op auto’s, er werden barricades opgezet, maar daarna gingen allerlei verschillende voorwerpen in vlammen op. In essentie was het eerder een spontane uitbarsting van wanhoop en voor wraak dan een werkelijke en dus langdurige strijd.
Staatsrepressie
In de kapitalistische maatschappij wordt het verzet van het volk meestal met een andere toon neergeslagen dan in een feodale maatschappij. In de plaats van ruw en meedogenloos gebruik van geweld, kenmerkt de burgerlijke maatschappij zich door een doordachte, sluwe, leugenachtige en uiteindelijk met geweld toegepaste vorm van onderdrukking. Het kapitaal, de staat en hun politieke knechten zijn altijd op zoek naar het meest eenvoudige excuus om een progressieve beweging of staking te verstrengelen en dood te wurgen. Ze zullen met al het geduld een beweging laten ontwikkelen, om deze vervolgens compleet neer te slaan bij de eerst mogelijke fout of provocatie van de beweging. Ongeacht het feit dat er geweld was gebruikt door de buurtbewoners en activisten tijdens de opstand, waren er geen doden gevallen, maar waren er enkel knokpartijen, arrestaties, intimidatie pogingen, huisinvallen en campagnes van propaganda van de pers en politiek om de demonstranten in een kwaad daglicht te stellen. Ze schuwden er niet voor om allerlei troep en leugens te gebruiken tegen de beweging. Dit alles tot doel om de beweging te isoleren en te vernietigen.
Er ontstond een heksenjacht van de politie op de demonstranten. Eén van onze kameraden kreeg te maken met een huisinval door een arrestatieteam en kreeg meteen snelrecht. Hij had zijn advocaat maar tweemaal voor de zitting kunnen spreken en nauwelijks kunnen voorbereiden, en pas een halfuur voor de zitting werd hem het bewijsmateriaal getoond. Pas net voor de zitting adviseerde zijn advocaat hem ineens om te bekennen voor zijn ‘misdaden’ en dat deed hij, wat een verkeerde politieke afweging was. Hij heeft vier maanden vastgezeten en zijn hoger beroep was opzettelijk na zijn gevangenisstraf gepland. Na zijn hoger beroep was zijn straf verlaagd naar een 120-urige taakstraf wat precies gelijkstaat aan een vier maanden lange celstraf, waardoor er ook geen schadevergoeding mogelijk was. Tijdens de gevangenisstraf probeerden kameraden en politieke organisaties in samenwerking met de familie van de politieke gevangene campagne te voeren voor zijn vrijlating. Na deze moeizame strijd voor de bevrijding van de politieke gevangenen, werd de strijd tegen politiegeweld na de gevangenisstraf niet meer doorgezet. Daarmee was ‘de keten’ verbroken.
(Tekst gaat verder onder de foto)
Van spontaniteit naar georganiseerd verzet
In de hoop op publiciteit wordt er door sommigen verwacht dat uitbarstingen zoals in de Schilderswijk sympathie opwekken en aanzetten tot het vormen van een organisatie, de zogenaamde ‘propaganda van de daad’[5]. Het gebruik van een organisatie of partij, strategie en tactiek, en politiek program spreken deze spontane vorm van verzet tegen. Sterker nog, de noodzaak van deze bewuste elementen wegen des te zwaarder, naarmate de spontane kant van een strijd naar voren komt. Een einde aan politiegeweld en racisme kan enkel gerealiseerd worden door het opheffen van de klassenmaatschappij. Een spontane en wanhopige uitbarsting van een aantal dagen zal simpelweg uitsterven en kan de weerstand van de staat nooit overleven. Daar is langdurig verzet, discipline, coördinatie, en een strategie en tactiek voor nodig. De progressieve klassen moeten worden verenigd onder een sterke en serieuze organisatie die een duidelijke richting heeft om onze problemen op te lossen. Zou er tijdens de Schilderswijkopstand een militante en sterk georganiseerde groep zijn geweest die met de juiste politieke lijn de woede van de buurtbewoners kon opvangen, hun kon verenigen en tegelijkertijd kon overreden om niet over te gaan tot spontane rellen, dan zouden we een andere situatie hebben gehad. De megafoon kon dan ook minder gemakkelijk in handen komen van één of andere willekeurige idioot. Ze zouden fragmentatie van de beweging hebben kunnen tegenhouden en potentiele leden kunnen organiseren voor de beslissende strijd van morgen.
Deze organisatie bestond daarentegen toen niet. We zouden ook kunnen zeggen dat de Schilderswijkopstand niet anders had kunnen verlopen. Het zou bijna als noodzakelijk kunnen worden bestempeld aan de hand van de inwendige tegenstellingen tussen de sociale klassen en de ervaring van de onderdrukte klassen toentertijd. De tegenstellingen tussen arbeid en kapitaal zijn de afgelopen decennia geïntensiveerd, waardoor onze levensomstandigheden achteruit gaan, zeker na de economische crisis van 2008. De Schilderswijk is één van de wijken die het hardst door de crisis is getroffen. Het is een van de armste wijken in Nederland[6] waar ook het percentage van mensen met een migratieachtergrond hoog is. Tegelijkertijd zijn er in deze tijd ook nog eens bezuinigingen doorgevoerd door de overheid, die niet alleen de werkende klasse raken, maar ook het politie apparaat. Hierdoor is hun werk zwaarder en stressvoller geworden, en is het politiegeweld in deze tijd toegenomen.
De woede van de bevolking na de moord op Mitch Henriquez was een logische gevolg van deze economische ontwikkelingen en repressieve toestand. Aan de hand van de woede en politieke inhoud van de demonstratie enerzijds, en de aard en repressieve functie van de politiebureau op de Heemstraat anderzijds, zou de politie waarschijnlijk met geweld op de demonstratie hebben gereageerd zonder enige aanleiding.
Tegelijkertijd hebben de progressieve klassen in Nederland nog geen revolutionaire traditie (en organisatie) opgebouwd en ook geen ervaring met dit soort situaties en hoe ze adequaat antwoord moeten geven op deze maatschappelijke kwesties. Het lijkt alsof de geestelijke ontwikkeling achterloopt op de materiële ontwikkeling en het deze niet kan bijhouden, oftewel de subjectieve ontwikkeling kan niet gepast antwoord geven op de objectieve ontwikkeling. Tel deze factoren bij elkaar op en we krijgen onvermijdelijk een uit de hand gelopen en sporadische Schilderswijkopstand.
Tot slot horen we volledige erkenning te geven aan het proletariaat, de lompen en de kleinburgerij in de Schilderswijk en omgeving, die gehoor gaven aan de roep tot protest na de moord op Mitch Henriquez en actief ingrepen. Het volk was niet onverschillig en keek niet passief toe, maar besloot om gezamenlijk in te grijpen tegen het onrecht dat in hun eigen wijk tiert: de politie. Dit was een belangrijke stap dat allereerst erkenning hoort te krijgen. Welke moralist durft te zeggen dat het gevoel van wraak misplaatst was onder de bevolking?! Ongeacht wat de politieke knechten en publicisten van de burgerij mogen zeggen, de gevoelens van woede waren compleet legitiem en ik prijs hen allen voor hun poging tot verzet en broederlijkheid[7].
De reflectie en analyse van ons handelen, nemen een richting aan die tegengesteld is van de werkelijk historische ontwikkeling. Pas nadat we handelen, denken we er over na. Ons denken begint altijd post festum (na het feestje), nadat de resultaten van onze handelingen gereed zijn voor verdere analyse. We analyseren deze handelingen achteraf en scheiden het goede van het slechte voor de toekomst. Theorie komt voort uit praktijk, en omgekeerd versterkt theorie onze praktijk. Dat is de realiteit. Het leven is geen wiskunde en ‘fouten’ kunnen altijd worden gemaakt. Hier hoeven we niet bang voor te zijn. De strijd van onze generatie is pas net begonnen en het werkelijke doel dat wij voor ogen hebben is veel groter dan onze specifieke belangen: de bevrijding van de gehele mensheid aan de knechting van het kapitaal. Zo lang we er gezamenlijk van blijven leren en onszelf er eerlijk en op de juiste wijze voor bekritiseren, dan zal onze Revolutionaire Eenheid voor langere tijd blijven bestaan. Als wij ons werk serieus nemen en lessen trekken uit onze verbitterde ervaringen van de dag van gisteren en toevoegen aan de dag van morgen, dan zal dit land aan zijn geschiedenis tenminste een revolutionaire organisatie toe kunnen voegen.
[1] ‘Onze leer is geen dogma, maar een leidraad voor het handelen, zo hebben Marx en Engels steeds gesproken en terecht de spot gedreven met het van buiten leren en het domweg herhalen van formules, die in het beste geval slechts kunnen dienen om een algemene taak aan te wijzen, die noodzakelijk door de concrete economische en politieke situatie in elke afzonderlijke etappe van het historische proces wijzigingen ondergaat… Men moet zich die onbetwistbare waarheid inprenten, dat een Marxist met het levende leven, met de precieze feiten van de werkelijkheid rekening moet houden en zich niet aan de theorie van de dag van gisteren moet blijven vastklampen’… W.I. Lenin, Tegen het dogmatisme en sektarisme in de arbeidersbeweging, uitgeverij Progres, Moskou, 1991, blz. 93-97.
[2] ‘On the relation between knowledge and practice, between knowing and doing’ (July 1973) Selected Works of Mao Zedong, Volume 1
[3] Behalve de door Eldrigde Cleaver georganiseerde gewapende aanval op de politie. Eldrigde Cleaver was één van de leiders van de BPP. Hij had de confrontatie uitgelokt tussen de BPP en de politie en daarmee de partij enorm veel schade toebracht. Deze gebeurtenis kan overigens niet als rel worden bestempeld.
[4] Deze rellen eindigden met 29 doden, 21,000 arrestaties, 26,000 gewonden en de schade liep op tot een schatting van 65 miljoen dollar. http://www.newsweek.com/martin-luther-king-jr-assassination-riots-541664
[5] In het algemeen is dit een gebrekkige anarchistische theorie waarbij wordt aangehangen dat bepaalde politieke daden, zoals bom- en moordaanslagen kunnen dienen als een soort voorwendsel voor revolutie en sympathie onder het volk. Toch is het ironisch om te zien dat Revolutionaire Eenheid pas ontstond direct na de Schilderswijk-opstand. Maar de Schilderswijk-opstand was ook geen ‘individuele daad’.
[6] De economische crisis die eind 2008 begon heeft de armoede in NL verhoogd. In Den Haag heeft 14 procent van de bevolking te weinig geld voor voeding, kleding of om de huur te betalen. Dat zijn minstens 70.000 mensen die maandelijks niet rond kunnen komen. De opstand van 2015 tegen het politiebureau op de Heemstraat vond plaats in Schilderswijk-West. Deze wijk had het op één na hoogste armoedepercentage en telde wel het grootste aantal armen van Nederland. De percentage stond in 2014 op 26,8%. Dat zijn 4000 arme mensen. In 2013 telde het nog 3600 arme mensen. Het politiegeweld ligt in dit gedeelte van de wijk het hoogst. De rest van de wijk deed het niet beter. Bron, Armoedesignalement 2013 en 2014. SCP/CBS, Den Haag.
[7] Mitch Henriquez’ naam staat ook op alle muren van elk van de vier cellen waar de gevangen kameraad in heeft vastgezeten.